- Start
- /
- Artikel
De toestelmobiliteit instellen op 9800 (Unified CM)
Dit Help-artikel is voor Cisco Bureautelefoon 9800 Series die is geregistreerd bij Cisco Unified Communications Manager (Unified CM).
Overzicht toestelmobiliteit
Met Cisco Extension Mobility kunnen gebruikers tijdelijk toegang krijgen tot hun telefooninstellingen, zoals lijnweergaven, services en snelkiesnummers via andere telefoons in uw systeem. Als u een enkele telefoon hebt die door meerdere medewerkers wordt gebruikt, kunt u bijvoorbeeld toestelmobiliteit zo instellen dat individuele gebruikers zich kunnen aanmelden bij de telefoon en hun instellingen kunnen openen zonder dat dit invloed heeft op de instellingen van andere gebruikersaccounts. Extension Mobility ondersteunt Cisco Unified IP Phones waarop SCCP en SIP wordt uitgevoerd.
Toestelmobiliteit configureren
De uitgebreide mobiliteitsfunctionaliteit wordt op de meeste Cisco Unified IP Phones uitgebreid. U kunt elke Cisco Unified IP Phone zo configureren dat Cisco Extension Mobility wordt ondersteund via het venster Apparaatprofiel in Cisco Unified Communications Manager Administration. Op die manier kunnen gebruikers die geen apparaatprofiel voor een bepaalde Cisco Unified IP Phone hebben, Cisco Extension Mobility met die telefoon gebruiken.
Voordat u begint
-
Een TFTP-server die bereikbaar is.
-
De uitgebreide mobiliteitsfunctionaliteit geldt voor de meeste Cisco Unified IP Phones. Controleer de documentatie bij de telefoon om te controleren of Cisco Extension Mobility wordt ondersteund.
1 |
Activeer Extension Mobility-services. Zie Services voor toestelmobiliteit activeren. |
2 |
Configureer de IP-telefoonservice waarop gebruikers zich later kunnen aanmelden voor toestelmobiliteit. Zie Cisco-telefoonservice voor toestelmobiliteit configureren. |
3 |
Configureer een apparaatprofiel voor toestelmobiliteit. Zie Apparaatprofiel voor toestelmobiliteit configureren. Dit profiel werkt als een virtueel apparaat dat zich aanmeldt bij toestelmobiliteit. Het fysieke apparaat neemt de kenmerken in dit profiel over. |
4 |
Koppel een apparaatprofiel aan gebruikers zodat ze hun instellingen vanaf een andere telefoon kunnen openen. Zie Apparaatprofiel aan gebruikers koppelen. U koppelt een apparaatprofiel van de gebruiker op dezelfde manier als een fysiek apparaat. |
5 |
Meld u IP telefoons en apparaatprofielen aan bij de service Toestelmobiliteit zodat gebruikers zich kunnen aanmelden en gebruiken bij Toestelmobiliteit. Zie Aanmelden voor toestelmobiliteit |