U kunt SAML gebruiken om gebruikerskenmerken van IdP toe te wijzen aan Webex -identiteitskenmerken en om automatische JIT-accountupdates (just-in-time) in te schakelen met SAML -bevestiging.
Verificatie via eenmalige aanmelding wijzigen in Control Hub
Voordat u begint
Zorg ervoor dat aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
SSO is al geconfigureerd. Zie de sectie " SSO instellen" hier voor informatie over het gebruik van de SSO -configuratiewizard: https://help.webex.com/article/lfu88u/.
De domeinen zijn al geverifieerd.
De domeinen worden geclaimd en ingeschakeld. Deze functie zorgt ervoor dat gebruikers van uw domein één keer worden gemaakt en bijgewerkt telkens wanneer ze zich verifiëren met uw IdP.
Als DirSync of AzureAD zijn ingeschakeld, werkt het maken of bijwerken van SAML JIT niet.
'Gebruikersprofiel blokkeren bijwerken' is ingeschakeld. SAML-updatetoewijzing is toegestaan omdat deze configuratie bepaalt of de gebruiker de kenmerken kan bewerken. Door beheerders beheerde methoden voor het maken en bijwerken worden nog steeds ondersteund.
Nieuw gemaakte gebruikers krijgen niet automatisch toegewezen licenties, tenzij de organisatie een automatische licentiesjabloon heeft ingesteld. Gebruikersinrichting voor SAML JIT-inrichting van groepen is beperkt tot slechts één groep. |
1 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2 | Ga naar Eenmalige aanmelding en klik op SSO en IdP's beheren. , blader naar | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3 | Ga naar het tabblad Identiteitsprovider. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4 | Ga naar de IdP en klik. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
5 | Selecteer SAML-toewijzing bewerken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
6 | Configureer Just-in-Time (JIT)-instellingen.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
7 | Configureer vereiste kenmerken voor SAML-toewijzing.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
8 | Configureer de koppelingskenmerken. Dit moet uniek zijn voor de gebruiker. Het wordt gebruikt om een gebruiker op te zoeken, zodat Webex alle profielkenmerken kan bijwerken, inclusief e-mail voor een gebruiker.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
9 | Configureer Profielkenmerken.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
10 | Configureer Toestelkenmerken. Wijs deze attributen toe aan uitgebreide attributen in Active Directory, Azure of uw directory voor traceercodes.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
11 | Configureer groepskenmerken.
Zie https://help.webex.com/article/WBX67566 voor een lijst met kenmerken van de SAML-assertie voor Webex Meetings. |