Inhoud van handsetpakket

Uw handsetpakket heeft de volgende inhoud:

  • Handset met bevestigde riemclip. In de handset bevindt zich de batterij met een stuk plastic dat de batterijcontactpunten bedekt.


    U moet het plastic over de batterijcontacten verwijderen. Zie De batterij in de handset installeren voor meer informatie.

  • Oplaadstation met aangesloten USB-kabel.

  • Regionale voedingsadapter voor het oplaadstation.

  • Plastic afdekplaatje om de riemclip op de handset te vervangen.


    Zorg ervoor dat u dit kleine plastic afdekplaatje bewaart voor het geval u de handset wilt gebruiken zonder riemclip.

  • Afgedrukt nalevingsdocument.

U hebt het label op de doos nodig tijdens de registratie van de handset.

Plaats de batterij in de handset

De batterij van de handset wordt in de handset geleverd, maar er is een plastic lipje op de contactpunten van de batterij geplaatst. U moet het plastic lipje verwijderen.

1

Op de achterkant van de handset draait u het veerslot linksom om de achterkant te ontgrendelen, tilt u de clip op en tilt u de klep op om de batterijafdekking te verwijderen.

2

Verwijder de batterij uit de handset.

3

Verwijder het plastic over de contacten.

4

Plaats de batterij onder de clip en laat deze in het vak vallen.

De batterijcontacten bevinden zich links bovenaan de batterij en links bovenaan het batterijcompartiment. Zorg ervoor dat de contacten met elkaar zijn verbonden en dat de batterij in het vak is geplaatst.


 
De batterij past maar op één manier in het compartiment. Forceer de batterij niet op de verkeerde manier in het batterijvak.
5

Plaats het batterijklepje terug, zorg ervoor dat het klepje is gesloten en draai het veerslot rechtsom naar de vergrendelde positie.

Dwing het klepje niet gesloten. Als het niet gemakkelijk sluit, neem het dan af en controleer of de batterij volledig in het batterijvak is geplaatst.

De volgende stappen

Voordat u de handset gebruikt, moet u deze opladen. Zie De handsetbatterij opladen.

De clip van de handset verwijderen

U kunt de clip aan de achterkant van de handset verwijderen en vervangen door een glad klepje dat bij de handset werd geleverd.

Voordat u begint

U hebt het volgende nodig:

  • #1 kruiskopschroevendraaier

  • Plastic afdekplaatje om de riemclip op de handset te vervangen. Deze hoes wordt naar u verzonden in de productdoos.

1

Schakel de handset uit.

2

Plaats de handset met de voorkant naar beneden op een plat, vlak oppervlak. Het is mogelijk dat u de handset wilt plaatsen op een grote, schone doek om de handset te beschermen.

3

Gebruik de schroevendraaier om de schroeven op de clip te verwijderen. Leg de schroeven opzij.


 

De schroeven zijn klein, dus zorg ervoor dat u ze niet verliest.

4

Til het losse uiteinde van de clip op. Het clipgeheel moet van de handset komen.

5

De vervangende hoes heeft een haak aan de achterkant. Schuif de haak in het inspringende gedeelte van de handset en druk deze in de handset.

In dit diagram ziet u het haakje op de achterkant.

In dit diagram ziet u hoe u de haak in de handset plaatst.

Druk omlaag totdat de clip zich in de juiste positie bevindt en de achterkant plat is.

6

Gebruik de schroevendraaier om de schroeven in het klepje en de handset te schroeven.

7

Bewaar het klepje met de riemclip voor het geval u het nodig hebt.

Het oplaadstation instellen

U gebruikt het oplaadstation om de handset op te laden. Het oplaadstation heeft een ingebouwde USB-kabel die in de voedingsadapter wordt aangesloten. De voedingsadapter is ontworpen voor de configuratie van de stopcontacten en het vermogen in uw land.

1

Plaats het oplaadstation op een effen oppervlak.

2

Steek de USB-connector van de stroomkabel in de voedingsadapter.

3

sluit de voedingsadapter aan op het stopcontact.

De handsetbatterij opladen

U gebruikt de handsetlader om de batterij van de handset op te laden.


Bij de levering is de batterij gedeeltelijk opgeladen. U moet de batterij echter minimaal 10 uur opladen voordat u deze voor het eerst gebruikt. Als u de batterij niet volledig oplaadt, kan de levensduur van de batterij worden verkort.

Als u de batterij uit de handset verwijdert en vervangt, moet u de batterij volledig ontladen en vervolgens volledig opladen zodat de batterijindicator accuraat is.


Laad de batterij op met de meegeleverde handsetlader. Als u een andere methode gebruikt, kunt u de batterij, de handset of uw omgeving beschadigen.

Laad de batterij alleen op in omgevingen met een temperatuur tussen 32 °F (0 °C) en 104 °F (40 °C).


Laad de batterij niet op in gevaarlijke omgevingen of omgevingen met explosiegevaar.

Wanneer u de handset in de lader plaatst, wordt deze ingeschakeld (als deze nog niet is ingeschakeld) en wordt een bericht weergegeven dat de handset wordt opgeladen. Het scherm van de handset wordt op de geconfigureerde tijd gedimd en uitgeschakeld.

Als de LED op de handset begint te knipperen, werkt de handset de firmware bij.

Voordat u begint

Stel het oplaadstation in zoals beschreven in Het oplaadstation instellen.

Zorg ervoor dat uw handsetlader op het stopcontact is aangesloten.

Plaats de handset zo in de lader dat de contacten in de handset en de contacten in de lader overeenkomen.

De handset piept, het scherm wordt ingeschakeld en geeft een bericht weer dat de handset wordt opgeladen. Als dit niet het geval is, verwijdert u de handset uit de lader en probeert u het opnieuw.

Uw handset inschakelen

Houd Aan/einde ingedrukt tot het scherm wordt ingeschakeld.

De handset verbinden met het basisstation

Nadat u de handset hebt geconfigureerd om verbinding te maken met het basisstation, wordt deze geregistreerd. Wanneer de registratie is voltooid, kunt u gesprekken voeren.

Als uw gebruikers deze procedure uitvoeren, moet u de procedure en de toegangscode aan hen doorgeven.

Voordat u begint

1

Schakel de handset in. Zie Uw handset inschakelen.

2

Druk op Menu .

3

Selecteer Verbinding > Registreren.

4

Druk op Selecteren.

5

(Optioneel) Voer de toegangscode in het veld AC in als hierom wordt gevraagd.

6

Druk op OK.