Gebruik digitaal pannen, kantelen en zoomen op uw Cisco-bureaucamera
Gebruik het hulpprogramma Cameracontrole in de bureaublad-app Cisco Accessory Hub om de instellingen voor digitaal pannen, kantelen en zoomen te wijzigen.
Voordat u begint
Zorg ervoor dat u de functie Best Overview uitschakelt. U kunt de instellingen voor de camerapositie niet wijzigen als Best Overview is ingeschakeld.
1 |
Open de bureaublad-app Cisco Accessory Hub. |
2 |
Klik op uw camera op het tabblad Accessoires om de accessoire-instellingen te openen. |
3 |
Pas de instellingen aan op het tabblad Camera-instellingen de tool Cameracontrole .
|
4 |
Als u uw configuratie op het tabblad Camera-instellingen wilt wissen, klikt u op Resetten. Wanneer u opnieuw instelt op het tabblad Camera-instellingen , worden alle aanpassingen op dit tabblad gewist, inclusief de vooraf ingestelde cameraposities. |
Met voorinstellingen van de camerapositie kunt u snel schakelen naar de instellingen voor specifieke gebruikssituaties, zoals videovergaderingen, live streamen en video-opnamen op kantoor of in werkruimten.
Gebruik de bureaublad-app Cisco Accessory Hub om instellingen voor pannen, kantelen en zoomen van de camera te configureren en deze op te slaan als voorinstellingen. U kunt maximaal 3 voorinstellingen opslaan voor later gebruik.
De voor instellingen slaan de instellingen voor Gezichtsveld, Resolutie en Framesnelheid niet op.
Voordat u begint
Zorg ervoor dat u de functie Best Overview uitschakelt. U kunt de instellingen voor digitaal pannen, kantelen of zoomen niet aanpassen wanneer Best Overview is ingeschakeld. U kunt maximaal drie voorinstellingen opslaan.
1 |
Open de bureaublad-app Cisco Accessory Hub. |
2 |
Klik op uw camera op het tabblad Accessoires om de accessoire-instellingen te openen. |
3 |
Ga naar het tabblad Camera-instellingen . |
4 |
Gebruik het deelvenster Cameracontrole om de instellingen voor pannen, kantelen en zoomen te wijzigen. |
5 |
Klik op Voorinstelling toevoegen om de instellingen in de voor instellingen op te slaan en voer een naam voor de voor instelling in. |
6 |
Beheer uw voorinstellingen indien nodig met behulp van het menu Meer :
|
Gebruik het hulpprogramma Cameracontrole in de bureaublad-app Cisco Accessory Hub om de instellingen voor digitaal pannen, kantelen en zoomen te wijzigen.
Voordat u begint
1 |
Open de bureaublad-app Cisco Accessory Hub. |
2 |
Klik op uw camera op het tabblad Accessoires om de accessoire-instellingen te openen. |
3 |
Pas de instellingen aan op het tabblad Camera-instellingen de tool Cameracontrole .
|
4 |
Als u uw configuratie op het tabblad Camera-instellingen wilt wissen, klikt u op Resetten. Wanneer u opnieuw instelt op het tabblad Camera-instellingen , worden alle aanpassingen op dit tabblad gewist, inclusief de vooraf ingestelde cameraposities. |
Door vooraf ingestelde cameraposities kunt u snel overschakelen naar de instellingen voor specifieke gebruikssituaties, zoals videovergaderingen, live streamen en video-opnamen op kantoor of in werkruimten.
Gebruik de bureaublad-app Cisco Accessory Hub om instellingen voor pannen, kantelen en zoomen van de camera te configureren en deze op te slaan als voorinstellingen. U kunt maximaal 3 voorinstellingen opslaan voor later gebruik.
De voor instellingen slaan de instellingen voor Gezichtsveld, Resolutie en Framesnelheid niet op.
1 |
Open de bureaublad-app Cisco Accessory Hub. |
2 |
Klik op uw camera op het tabblad Accessoires om de accessoire-instellingen te openen. |
3 |
Ga naar het tabblad Camera-instellingen . |
4 |
Gebruik het deelvenster Cameracontrole om de instellingen voor pannen, kantelen en zoomen te wijzigen. |
5 |
Klik op Voorinstelling toevoegen om de instellingen in de voor instellingen op te slaan en voer een naam voor de voor instelling in. |
6 |
Beheer uw voorinstellingen indien nodig met behulp van het menu Meer :
|