- Start
- /
- Artikel
De netwerkinstellingen op de telefoon wijzigen
Als u problemen ondervindt met de netwerkverbinding, moet u mogelijk de netwerkinstellingen wijzigen. Neem contact op met de systeembeheerder of de netwerkserviceprovider voordat u wijzigingen aanbrengt. Dit Help-artikel is van toepassing op Cisco Bureautelefoon 9800 Series en Cisco VideoTelefoon 8875.
De Internetprotocolmodus wijzigen
Indien nodig moet u mogelijk de internetprotocolmodus waarop de telefoon werkt, wijzigen.
1 |
Druk op Instellingen.. |
2 |
Navigeer naar . |
3 |
Selecteer in het IP stapelgedeelte een van de volgende internetprotocolmodi:
|
4 |
Selecteer Toepassen. |
Het IP-adres van de telefoon wijzigen
Als uw netwerkinstellingen dat vereisen, moet u mogelijk het IP-adres van uw telefoon wijzigen of handmatig toewijzen. U kunt het IP-adres instellen of wijzigen op uw telefoon vanuit het menu Netwerkverbinding.
Uw telefoon ondersteunt IP versie 4 (IPv4), IP versie 6 (IPv6) en IPv4 en IPv6. IPv4 en IPv6 is de standaardinstelling. De IP-parameters kunnen automatisch worden toegewezen door het netwerk of u kunt ze handmatig instellen.
Volg de stappen in de volgende gedeelten om uw IPv4-of IPv6-adres te wijzigen.
Voer de volgende stappen uit om uw IPv4-netwerk te wijzigen of in te stellen.
Als uw netwerk zowel IPv4 als IPv6 ondersteunt, moet u mogelijk ook de IPv6-instellingen instellen. Zie IPv6-instellingen wijzigen voor informatie over het wijzigen van IPv6-instellingen.
1 |
Druk op Instellingen.. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2 |
Navigeer naar . | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3 |
Configureer indien nodig in het scherm IPv4 Instellingen de volgende instellingen.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4 |
Selecteer Toepassen wanneer u klaar bent. De telefoon wordt opnieuw opgestart om de wijzigingen toe te passen.
|
U kunt de IPv6-instellingen wijzigen wanneer de IP-stack van uw telefoon is ingesteld op IPv6 of IPv4 en IPv6.
1 |
Druk op Instellingen.. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2 |
Navigeer naar . | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3 |
Configureer indien nodig in het scherm met IPv6-instellingen de volgende instellingen.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4 |
Selecteer Toepassen wanneer u klaar bent. De telefoon wordt opnieuw opgestart om de wijzigingen toe te passen.
|
VLAN-instellingen op uw telefoon wijzigen
Bepaalt in welke VLAN (Virtual LAN) uw telefoon zich bevindt. U gebruikt CDP de telefoon om informatie door te geven zoals een VLAN-id per poort en informatie over de Quality of Service-configuratie (QoS) met de Cisco Catalyst-switch.
Voordat u begint
Neem contact op met de beheerder voordat u wijzigingen aanbrengt in de VLAN-instellingen.
1 |
Druk op Instellingen.. | ||||||||||||
2 |
Navigeer naar . | ||||||||||||
3 |
Configureer in het VLAN-scherm de volgende instellingen wanneer dat nodig is.
| ||||||||||||
4 |
Selecteer Toepassen wanneer u klaar bent. De telefoon wordt opnieuw opgestart om de wijzigingen toe te passen.
|
Verbinding maken met een VPN
U kunt op een van de volgende manieren verbinding maken met een VPN:
- Met een certificaat: als de systeembeheerder een certificaat op uw telefoon heeft geïnstalleerd, kunt u de VPN verbinding rechtstreeks inschakelen zonder dat u uw telefoon hoeft in te stellen.
- Door referenties in te voeren: voer een gebruikersnaam en /of een wachtwoord of alleen een wachtwoord in voor de VPN aanmelden.
Ga als volgt te werk om verbinding te maken met een VPN op uw telefoon:
1 |
Druk op Instellingen. |
2 |
Navigeer naar .De status van de menuoptie VPN geeft aan of de VPN-verbinding is in- of uitgeschakeld.
|
3 |
Schakel de VPN-verbinding in. Druk op Aan. Inschakelen VPN. U probeert verbinding te maken met het VPN. Als er al een vereist certificaat op de telefoon is geïnstalleerd, wordt de VPN verbinding direct tot stand gebracht. Wanneer de taak is voltooid, kunt u de volgende stappen overslaan. Anders moet u gebruikersgegevens opgeven. Wanneer uw telefoon verbinding probeert te maken met de VPN, kunt u het proces annuleren door Annuleren teselecteren. Vervolgens wordt de VPN verbinding weer uitgeschakeld. |
4 |
Wanneer u wordt gevraagd om een VPN aanmelden, voert u uw gebruikersnaam en wachtwoord of alleen het wachtwoord in en selecteert u Toepassen. U probeert de VPN verbinding tot stand te brengen. Zodra het is geslaagd, ontvangt u het pop-upbericht en vindt u het VPN pictogram In de rechterbovenhoek van het startscherm.
|
5 |
(Optioneel) Ga als volgt te werk om de gebruikersreferenties voor een bestaande VPN verbinding te wijzigen: |
HTTP-proxyinstellingen
U kunt een HTTP-proxy instellen op uw telefoon of via de webpagina van de telefoon.
Een proxyserver instellen met de automatische proxymodus
U kunt de automatische proxymodus kiezen om een HTTP-proxyserver op de telefoon in te stellen.
1 |
Druk op Instellingen. |
2 |
Ga naar het menu met proxy-instellingen van HTTP: Selecteer .Selecteer Netwerkverbinding gedeelte HTTP-proxy . |
3 |
Selecteer de automatische proxymodus: Selecteer Proxymodus en selecteer vervolgens Automatisch. Selecteer Automatisch in het gedeelte HTTP-proxy . |
4 |
(Optioneel) Schakel Web Proxy Auto Discovery (WPAD) in die wordt gebruikt om een PAC-bestand automatisch op te halen. Standaard wordt WPAD in de automatische proxymodus gebruikt. Markeer Web proxy automatische ontdekking en selecteer Aan. Schakel automatisch zoeken van webproxy in. |
5 |
Als u een URL van Proxy Auto-configuratie (PAC) handmatig wilt invoeren, schakelt u Web Proxy automatisch ontdekken uiten geeft u een PAC-URL op in PAC URL. Bijvoorbeeld: http://proxy.department.branch.example.com/pac
Neem contact op met uw beheerder als u de PAC URL niet hebt. |
6 |
Druk op Toepassen om de instellingen toe te passen. |
Een proxyserver instellen met de handmatige proxymodus
U kunt de handmatige proxymodus kiezen om een HTTP-proxyserver op de telefoon in te stellen.
Voordat u begint
Uw beheerder geeft u het serveradres en de poort van de proxyserver.
1 |
Druk op Instellingen. |
2 |
Voer een van de volgende handelingen uit: Selecteer .Selecteer Netwerkverbinding gedeelte HTTP-proxy . |
3 |
Selecteer de handmatige proxymodus: Selecteer Proxymodus en selecteer Vervolgens Handmatig. Selecteer Handmatig in het gedeelte voor HTTP-proxy . |
4 |
Voer een geldige hostnaam of geldig IP-adres van een proxyserver in Proxy-host in. Biedt geen schema (http:// of https://) voor de proxyhost. |
5 |
Voer een geldige serverpoort voor de opgegeven proxyserver in Proxypoort in. |
6 |
Als de opgegeven proxyserver gebruikersverificatie vereist, schakelt u Proxy-verificatie in en voert u uw gebruikersnaam en wachtwoord in om toegang te krijgen tot de proxyserver. Neem contact op met uw beheerder als u geen gebruikersnaam en wachtwoord hebt.
|
7 |
Klik op Toepassen om de instellingen toe te passen. |
Via de webpagina Telefoon een proxyserver instellen
Voor het instellen van een HTTP-proxyserver vanaf de webpagina van de telefoon kunt u de automatische of de handmatige proxymodus kiezen.
1 |
Selecteer op de webpagina telefoon. | ||||||||||||||||||
2 |
Stel in de sectie HTTP-proxyinstellingen de parameterwaarden in zoals wordt beschreven in de volgende tabel:
| ||||||||||||||||||
3 |
Klik op Submit All Changes. |