U kunt web-apps definiëren die op het startscherm van uw apparaat worden weergegeven en van waaruit ze direct worden geopend. Controleer of de webengine is ingeschakeld. Als dit niet zo is, raadpleeg dan dit artikel voor meer informatie.

Lees de aanbevolen procedures voor het gebruik van de webengine voor meer informatie over de ondersteunde functies en beperkingen van de webengine. Als u een probleem ondervindt met een webpagina, raadpleegt u de sectie Problemen oplossen.

U kunt uw Cisco-apparaten zo instellen dat ze permanent toegang krijgen tot de camera en microfoon voor gedefinieerde websites. De standaardinstelling wordt dan overgeslagen. Dit is vooral handig voor web-apps, omdat gebruikers niet telkens opnieuw toegang tot de camera en microfoon hoeven toe te staan via een dialoog. Ga hiervoor naar de webportal van het apparaat. Lees het artikel Geavanceerde instellingen voor meer informatie over de toegang. Vervolgens selecteert u Instellingen in het menu links. Kies onder Configuraties het volgende:
  • Hostnaam WebEngine > MediaAccess >Add: geef de websites op die toegang hebben tot de camera of microfoon. Het maximumaantal invoer is 30.

  • WebEngine > MediaAccess > Add Hostnaam > Apparaat:

    Camera: toegang bieden tot de camera voor de gedefinieerde website.

    Microfoon: hiermee biedt u toegang tot de microfoon voor de gedefinieerde website.

  • WebEngine > MediaAccess > List: maak een lijst met alle toegestane websites en de bijbehorende Webex apparaten.

  • WebEngine > MediaAccess > Een website met de id te verwijderen uit de lijst met toegestane hostnamen. De id is gekoppeld aan de host en wordt weergegeven in het resultaat van de lijst.

  • WebEngine > MediaAccess > Eenall: Verwijder alle websites uit de lijst met toegestane hostnamen.

  • WebEngine > Features > LocalWebAppManagement: kies voor toegestaan als u wilt dat de gebruiker web-apps aan het menu Instellingen op het apparaat toevoegt, bewerken en verwijderen. Indien ingesteld op Niet toegestaan is de lijst met webapps toegankelijk in het instellingenmenu, maar het is niet mogelijk om ze toe te voegen, te bewerken of te verwijderen. Wanneer de webapps zijn ingesteld op Uit, worden ze niet in het menu Instellingen van het apparaat weergegeven.

Als lokaal webtoepassingsbeheer is ingeschakeld, raadpleegt u hier de gebruikersdocumentatie voor meer informatie over het rechtstreeks toevoegen van webapps vanuit het menu Instellingen van het apparaat.

In Control Hub kunt u de wijzigingen bekijken die in webapps in de geschiedenis van hetapparaat zijn gemaakt.


Dit artikel is niet van toepassing op DX70 of DX80.

Webapps worden niet ondersteund wanneer het apparaat van de board- of Desk-serie in de bijbehorende modus staat.


De webapps die via de UI-extensiebewerker zijn toegevoegd, worden niet weergegeven in Control Hub. Om deze te bewerken, gaat u rechtstreeks naar de editor.

1

Ga in de klantweergave in https://admin.webex.com naar de pagina Apparaten en klik op uw apparaat in de lijst.

2

Klik onder Configuraties op Webapps en selecteer Toevoegen.

3

Voer de naam en de URL van de webapp in. De naam wordt weergegeven onder het webapppictogram in het startscherm. Het apparaat probeert een pictogram te verkrijgen van de WebApp-URL, maar gebruikt een standaardpictogram als de kwaliteit niet goed genoeg is. U kunt desgewenst een aangepast pictogram toevoegen in het veld URL voor webapppictogram.

U kunt kiezen of u de web-app wilt weergeven
  • Altijd

  • Alleen buiten gesprek

  • Alleen in gesprek

4

Klik op Toevoegen en Opslaan.

Het pictogram van de web-app is nu zichtbaar op het startscherm van uw apparaat. De app wordt geopend in volledig scherm en er treedt een time-out op na 15 minuten wanneer deze niet wordt gebruikt.


De webtoepassingen die via Control Hub worden toegevoegd, kunnen niet worden bewerkt in de EDITOR voor UI-toestellen. Om deze te bewerken, gaat u rechtstreeks naar de Control Hub.

1

U kunt de WebApp-extensiebewerker openen vanuit de webportal van het apparaat. Lees het artikel Geavanceerde configuraties voor meer informatie over de toegang. Wanneer de webportal van het apparaat wordt geopend, selecteert u UI Extensions Editor in het menu links.

2

Klik onder WebApp op Nieuw en Toevoegen.

3

Voer de naam en de URL van de webapp in. De naam wordt weergegeven onder het webapppictogram in het startscherm. Het apparaat probeert een pictogram te verkrijgen van de WebApp-URL, maar gebruikt een standaardpictogram als de kwaliteit niet goed genoeg is. U kunt desgewenst een aangepast pictogram toevoegen in het veld URL voor webapppictogram.

U kunt kiezen of u de web-app wilt weergeven
  • Altijd

  • Alleen buiten gesprek

  • Alleen in gesprek

4

Exporteer uw configuratie door op Op de bovenste balk.

Het pictogram van de web-app is nu zichtbaar op het startscherm van uw apparaat. De app wordt geopend in volledig scherm en er treedt een time-out op na 15 minuten wanneer deze niet wordt gebruikt.