Met de camera-instellingen kunt u de camera laten in- en uitzoomen, pannen en kantelen. In het cameracontrolemenu kunt ook de vooraf gemaakte instellingen voor de camerapositie definiëren en bewerken van .
Met de camera-instellingen kunt u de camera laten in- en uitzoomen, pannen en kantelen. In dit menu kunt u ook de voorinstellingen van de camera bepalen en bewerken. Tik voor de camera-instellingen op het camerapictogram in het startscherm.
Daarnaast kan zelfweergave (het beeld dat andere deelnemers van uw systeem zien) worden in- en uitgeschakeld, en klein of groot worden weergegeven.

Cameravoorinstellingen
Met uw ruimteapparaat kunt u vaste zoom- en camerarichtingen creëren. U kunt verschillende camera-instellingen maken die voor meerdere soorten vergaderingen kunnen worden gebruikt. Voor vergaderingen met meerdere deelnemers kunt u een uitgezoomde voorinstelling gebruiken of een ingezoomde voorinstelling voor kleinere vergaderingen. U kunt eenvoudig tussen de verschillende voorinstellingen schakelen door ze te selecteren in het menu Instellingen van de camera.
Voorinstellingen toevoegen
1 |
Tik voor de camera-instellingen op het camerapictogram. Zelfweergave wordt automatisch geactiveerd |
2 |
Kantel, pan of zoom in of uit zoals nodig. |
3 |
Tik op Nieuw toevoegen. Geef een duidelijke naam aan het standpunt. |
4 |
Tik op Opslaan om het menu te verlaten en de wijzigingen op te slaan, of tik op Annuleren om het menu te verlaten zonder de wijzigingen op te slaan. |
5 |
Tik ergens buiten het menu om het af te sluiten. |
Voorinstellingen bewerken
1 |
Tik voor de camera-instellingen op het camerapictogram. Zelfweergave wordt automatisch geactiveerd |
2 |
Pas kantelen, pannen en zoomen aan om de afbeelding in het frame aan uw wensen aan te passen. |
3 |
Tik op het kleine pijlpuntje van de instelling die u wilt bewerken. |
4 |
Tik op Bijwerken naar huidig standpunt om de wijzigingen toe te passen. |
5 |
Tik op Verwijderen om een bestaande instellingen te verwijderen. |
6 |
Tik ergens buiten het menu om het af te sluiten. |
Ruimteapparaten met meerdere camera's
Als u een ruimteapparaat gebruikt met meer dan een camera, kunt u de posities wijzigen zoals u dat bij een enkele camera zou doen. Kies de camera die u wilt aanpassen in het vervolgkeuzemenu onder de knoppen voor pannen, kantelen en in- en uitzoomen.
Voor meer informatie over het automatisch volgen van de spreker op ruimteapparaten met twee camera's, raadpleegt u het artikel Spreker volgen.