Een beheerder kan een gebruiker in staat stellen om toegang tot specifieke belfuncties te beheren en zo de configuratie op organisatieniveau te overschrijven. Als een beheerder ervoor kiest om de toegang van een eindgebruiker tot een specifieke functie te beperken, kan de gebruiker de functie blijven gebruiken, maar kan hij de functie niet meer inrichten.

Hier volgen enkele belangrijke aandachtspunten bij het gebruik van deze mogelijkheid:

  • De overschrijvingsinstellingen zijn alleen van toepassing op organisaties met een Calling-licentie.

  • Instellingen op gebruikersniveau hebben voorrang op instellingen op organisatieniveau.

  • Gebruikershub-, Webex-app- en MPP-apparaten beperken de toegang van eindgebruikers tot functies op basis van het niveau waarop de instellingen van toepassing zijn.

Standaard zijn alle functies toegankelijk voor gebruikers. Als u een functie verbergt, kunnen gebruikers deze niet meer openen en configureren. Ze kunnen de functie blijven gebruiken als ze deze al hebben geconfigureerd, of als u deze hebt geconfigureerd via de Control Hub. U kunt de functies op organisatieniveau weergeven of verbergen.

Gevolgen

Wanneer u de functies uitschakelt, kan dit de volgende gevolgen hebben:

  • Deze functies zijn niet beschikbaar in de User Hub en de Webex-app.

    Het kan 12 uur duren voordat de wijzigingen in de Webex-app worden doorgevoerd. Mogelijk moet de gebruiker zich opnieuw aanmelden om de wijzigingen te zien.

  • Gebruikers kunnen deze functies niet beheren via het telefoonmenu en FAC.
  • Gebruikers hebben geen toegang tot de openbare API van deze functies. Beheerders hebben er echter wel toegang toe.

Beperkingen

U kunt geen functies verbergen die toegankelijk zijn via apparaten van derden en ruimteapparaten.

Belfuncties beheren

Een beheerder kan de optie Aangepaste gebruikersinstellingen definiëren kiezen en de standaardinstellingen van de organisatie overschrijven. Met deze mogelijkheid kan een gebruiker de belfuncties beheren met de opties 'tonen' en 'verbergen'.

Voer de volgende stappen uit om een gebruiker toe te staan oproepinstellingen te beheren:

1

Meld u aan bij Control Hub

2

Ga naar Gebruikers onder Beheer en selecteer een gebruiker om de verborgen oproepinstellingen te beheren.

3

Klik op Bellen en scrol naar Belinstellingen verbergen. Deze instelling geeft aan of er voor deze gebruiker een overschrijving is ingesteld.

  • Stel het veld Belinstellingen verbergen in op Aangepaste gebruikersinstellingen definiëren zodat de gebruiker de belinstellingen kan beheren.

  • Stel de optie Oproepinstellingen verbergen in op Standaardinstellingen van de organisatie gebruiken. Met deze instelling kan de gebruiker de oproepinstellingen niet beheren en is de optie Activeringscode genereren uitgeschakeld voor bewerking. Dit is de standaardinstelling.

    Optie voor gebruikers zonder aanroeplicentie

Voor een gebruiker zonder aanroeplicentie is alleen de optie Activeringscode genereren van toepassing.

4

Klik op de pijl naar rechts naast het veld Belinstellingen verbergen ; de lijst met belfuncties wordt weergegeven.

De functies zijn georganiseerd onder de volgende tabbladen

  1. Gespreksinstellingen

  2. Voicemail

  3. Apparaten

Beheerders kunnen specifieke functies in- of uitschakelen om te voorkomen dat eindgebruikers deze functies kunnen beheren. Verschuif de schakelaar om de gewenste belfunctie in te schakelen.

5

Klik op Opslaan om de configuratie-instellingen op te slaan.